In 1949 besloten de Verenigde Naties om een wapenstilstand te voorzien tussen Israël en zijn voormalige mede-oprichter Jordanië, alsmede tussen Israël en zijn andere voormalige mede-oprichters Egypte en Syrië. Deze resolutie is op 10 mei 1949 aangenomen door de Veiligheidsraad van de VN en is sindsdien een basis voor de internationale relaties tussen deze landen.
Historische context
Tijdens de Tweede Wereldoorlog had Jordanië, dat toen onder Britse bezetting stond, een neutrale rol gespeeld in het conflict. Na de oorlog en de opheffing van de Britse bezetting in 1948 besloot Jordanië om zijn grondgebied te verkennen en een staat te vestigen. De joodse bevolking in Palestina, dat toen onder Britse bezetting stond, had begin december 1947 door de VN een stemrecht aangevraagd voor het opzetten van een joods staat in Palestina. Jordanië was echter niet bereid om zijn grondgebied aan deze plannen over te geven en bood in plaats daarvan aan om in de nieuwe staat joodse vluchtelingen te ondersteunen.
De VN-resolutie
Eind 1948 had Israël de Joodse bevolking in Palestina ondersteund, maar de Arabische landen hadden deze actie als aanval gezien. In 1949 beslotten Israël en zijn mede-oprichters om een wapenstilstand te sluiten, om conflicten te voorkomen en een basis voor vredesprocessen te creëren. Op 10 mei 1949 aannamen de Veiligheidsraad van de VN en de twee partijen de resolutie nr. 29(IV) over de wapenstilstand tussen Israël en Jordanië.
Deze resolutie stelde een tijdelijke vrede voor, die maximaal drie jaar zou duren. Het bepaalde dat beide partijen de grenzen zouden respecteren en geen militaire acties meer zouden ondernemen tegen elkaar. De resolutie eindigde met een verklaring dat er sprake was van een wapenstilstand tussen Israël en Jordanië, tot en met het einde van de tijdelijke vrede.
Invloed op de regionale relaties
De VN-resolutie nr. 29(IV) had ook invloed op de internationale relaties tussen Israël en zijn mede-oprichters. De resolutie erkende het bestaan van een joods staat in Palestina, maar stelde ook dat Jordanië zijn grondgebied zou behouden. Deze erkenning was een belangrijke stap naar de erkenning van Israël als staat door andere landen.
Tijdens de Jaren Vijftig en Zestig zorgde de VN-resolutie voor een toename van het internationalisme in de Arabische wereld. De resolutie werd gezien als een verdere versterking van de macht van de VN in het regionale politiek, maar ook bijdrage aan de verdeelde mening over Israël tussen de Arabische landen.
Conclusie
Tegenwoordig is de VN-resolutie nr. 29(IV) een belangrijke stap in de geschiedenis van de internationale relaties tussen Israël en Jordanië. Deze resolutie heeft bijgedragen aan het creëren van vredesprocessen en een basis voor de internationale relaties tussen deze landen.
Hoewel er veranderingen zijn gebracht in de regionale relaties sinds de jaren Vijftig en Zestig, blijft de VN-resolutie nr. 29(IV) een belangrijk onderdeel van de geschiedenis van de internationale relaties tussen Israël en Jordanië.