Hoog College van Staat is een bekend onderdeel van de Nederlandse hogescholenstelsel. Hoewel het in andere landen ook kan bestaan, zijn de oorsprong en de geschiedenis van Hoog College van Staat specifiek geheel in Nederland en daarom voornamelijk hierover te schrijven.
Hoewel er niet op expliciete manier wordt aangegeven dat het Hoog College van Staat is, is het een bekende term met betrekking tot hogescholen. In de praktijk worden studenten echter vaak naar hun hogeschool genoemd. In Nederland zijn er drie Hoog Colleges: de universiteiten in Leiden, Utrecht en Maastricht. Deze Hogescholen werden opgericht door de Staat, dus de naam is geen verwijzing naar een specifiek college van staat.
De geschiedenis van het Hogeschoolstelsel in Nederland begon in 1919. Op die dag werden de Hogescholen Leiden en Utrecht opgericht. De universiteit in Maastricht volgde drie jaar later. In een poging om een hoger opleiding te creëren voor studenten die niet konden studeren op de universiteit, zijn deze Hogescholen ontstaan.
De universiteiten en Hogescholen waren oorspronkelijk bedoeld als alternatieve weg voor studenten die niet in staat waren om op een reguliere universiteit te studeren. Het was echter niet lang daarna dat ze ook als middel werden gebruikt om studenten een optie te bieden in plaats van naar de reguliere universiteit te gaan. Het is dus niet de bedoeling van de Hogescholen om een “alternatieve” opleiding te bieden, maar meer als een optie voor studenten die de regulariteit van een hoger onderwijs wilde nastreven maar dat niet op universiteitsniveau kon
Het Hoog College van Staat leed aan het eind van de 20e eeuw onder grootschalige veranderingen. Op dat moment werd een nieuw systeem geïntroduceerd waarin alle hogescholen in één zaal werden geïntegreerd. Het Hogeschoolstelsel werd dus een gewoon onderdeel van het universitetsysteem en kwam overeen met de reguliere opleidingen.
Tegenwoordig is het Hogeschoolstelsel niet langer een apart systeem, maar is het geheel onderdeel van het universitaire onderwijs. Hoewel de term “Hoog College” nog steeds wordt gebruikt in bepaalde contexten en studenten vaak naar hun hogeschool worden genoemd, is het niet langer een gescheiden systeem.
De school is echter in andere landen bestaan. In Duitsland bijvoorbeeld zijn de “Gymnasiums” en “Berufsakademien”, waar studenten naar kunnen gaan als ze een reguliere opleiding willen nastreven, onderdeel van de hogere onderwijssector. Hoewel het Hogeschoolstelsel niet specifiek wordt geïdentificeerd met het Duitse systeem is het overeenkomend dat deze instituten zijn ontstaan als een alternatief voor studenten die niet op universiteitsniveau willen studeren, maar wel van een hogere opleiding willen profiteren. In andere landen, zoals de Verenigde Staten, hebben Hogescholen een zeer andere rol dan in Nederland.
Hoewel Hoog College van Staat niet langer een gescheiden systeem is en onderdeel is geworden van het universitaire onderwijs, kan het nog steeds als een optie worden gezien voor studenten die een hogere opleiding willen nastreven maar dat niet op universiteitsniveau kunnen. In dit geval kun je wel naar de reguliere universiteit gaan en dus een alternatief kiezen dat niet helemaal ligt in het midden van de reguliere route, maar die juist als een optie wordt gezien voor studenten die hun mogelijkheden als volwaardig burger willen benutten. Dit is echter een uitermate persoonlijke keuze en moet worden gekozen door iedere student die overweegt om naar het Hogeschoolstelsel te gaan.