In de jaren tachtig en negentig van de 19e eeuw beleefden de Filipijnen een periode van verandering en onvrede. Het land was nog net gevestigd als een kolonie van Spanje, maar begon al te klaren dat de tijd voor de onafhankelijkheid nader dan dicht was.
De Spaanse Koloniale Periode
De Filipijnen waren sinds 1565 onderspanse bestuur, en in 1872 werd de Eerste Filipijnse Republiek gesticht. Deze republiek werd echter na slechts drie jaar weer afgeschaft door het Spaanse leger. De Filipijnen bleven dus nog steeds onder Spanje.
De Spanjaarden hadden de Filipijnen tot een rijke kolonie gemaakt, maar ze verwaistelden ook de kennis en cultuur van het land. Ze brachten hun eigen religie en taal met zich mee, waardoor de lokale bevolking steeds vreemder werd.
De Opkomst van Nationalisme
In de late 19e eeuw begon een nationalistisch beweging op te duiken in het land. De Filipijnen wilden hun eigen land en cultuur hebben, en niet langer onder Spanjaarse bestuur leven.
De nationalistische beweging werd gesteund door de filosofie van José Rizal, die een grote invloed had op de Filippijnse nationalisme. Hij schreef over het belang van het eigen land en cultuur, en stelde dat de Filipijnen zelf moesten regeren.
De Eerste Filipijnse Revolutie
In 1896 brak de eerste Filipijnse revolutie uit. Deze revolutie was een opstand tegen het Spaanse leger, en werd geleid door een groep nationalistische leiders, waaronder Emilio Aguinaldo.
De revolutie was echter niet succesvol, en de Spanjaarden konden de rebellen againeren. De Filipijnen waren dus nog steeds onder Spanjaarse bestuur.
De Tweede Filipijnse Revolutie
In 1897 brak de tweede Filipijnse revolutie uit. Deze revolutie was eveneens een opstand tegen het Spaanse leger, maar deze keer had de revolutie succes.
De Spanjaarden werden verdreven en de Filipijnen verklaarden hun onafhankelijkheid. Emilio Aguinaldo werd de eerste president van de Filipijnen, maar de onafhankelijkheid was nog niet definitief.
Conclusie
In 1890 was de Filipijnen nog onder Spaanse bestuur, maar begon al te klaren dat de tijd voor de onafhankelijkheid nader dan dicht was. De nationalistische beweging stelde dat de Filipijnen zelf moesten regeren en hun eigen land en cultuur hebben.
De eerste twee revoluties hadden niet het gewenste resultaat, maar ze leidden wel tot een grotere onvrede onder de Filippijnse bevolking. De Filipijnen bleven op weg naar de onafhankelijkheid, en in 1946 werden ze eindelijk definitief onafhankelijk.