De Filipijnen in 1871 waren een land in besluiteloze tijden. Na het verdrijven van de Spanjaarden was er sprake van een regering en een parlement, maar de stabiliteit en de vrede werden nog steeds niet verzekerd.
Constitutie van 1897
In 1871 was er geen grondwet in het land. Pas in 1897 werd de Filipijnse grondwet uitgevaardigd, die een van de eerste grondwetten was van de Filipijnen. Deze grondwet werd ingevoerd door Emilio Aguinaldo, die net had gekozen als president van het land.
De Filipijne Republiek
In 1897 werd de Filipijnse republiek uitgeroepen en stelde de grondwet officially vast. De republiek was een democratisch regime dat een president had, een parlement en een regering.
De Filipijne Republiek bestond tot 1898 toen het land werd beset door Spanjaarden tijdens de Spaans-Filipijnse oorlog.
Stabiliteit en Vrede
Tijdens deze periode werden er nog steeds conflicten in het land. De Filipijnen waren een land met veel verschillende culturen, religies en politieke ideologieën.
De Filipinzen wilden een sterkere nationale identiteit te creëren en zochten naar de stabiliteit en vrede.
Deze instabiliteit werd verergerd door het verdrijven van de Spanjaarden in 1898.