Degelijk aan het begin stond de Rwanda-bijdrage, met name van Frankrijk, waarbij Franse militairen een meerderheid hadden opgeleverd. Omdat dit land niet in haar eigen interne conflict betrokken was, mocht men denken dat deze bijdrage niet verantwoordelijk was voor het uitlopen van de genocide. Er was wel bewijs dat er Franse soldaten zich in Rwanda hadden verschanst en er op zware manier tegen waren ingezet. De Franse regering had ook een veiligheidspact met Rwanda gesloten waarin de verantwoordelijkheid voor de veiligheid van de Franse burgers in het land werd overgenomen door de Rwandese autoriteiten, en deze hadden zich dan ook verplicht tot het bescheren van de Franse burgers. Dat de Franse regering wist dat de beweging “Hutu” genade had toegestemd voor het uitleggen van de verantwoordelijkheid voor de genocide aan de Internationale Rechtbank, is echter niet gebleken. Naast Frankrijk waren er ook andere landen die soldaten hadden gestuurd, zoals België, Spanje en Duitsland. In 1995 stuurde de Vlaamse regering enkele militairen om i.v.m. de gevaarlijke situatie in Rwanda te controleren.

De oorlog

Afrikaanse landen hadden het initiatief genomen om de internationale gemeenschap uit te nodigen om hun hulp aan te bieden. In mei 1994 stapten de Tutsi-volkeren van Rwanda het land binnen, na de dood van president Juvénal Habyarimana. De Hutu’s waren overmoed en vielen in op een “niet-nu” politiek, waarbij ze alle mogelijke kansen gingen benutten om de wapens bij elkaar te halen. In mei 1994 begon deze oorlog, die uiteindelijk duurde tot juli 1994. Door de uittocht van de Tutsi’s en de vechtingen in de stad Kigali werden de meeste militairen gevangengezet. Er waren geen verantwoordelijke politieke leiders meer om het conflict te regelen, en daarom bleven de gewelddadige acties doorgaan. Door het uitleggen van de verantwoordelijkheid van de Hutu’s voor de genocide, werden alle militairen vrijgelaten uit de gevangenismijnen. In mei 1994 begon deze oorlog die duurde tot juli 1994. De Hutu’s waren overmoed en vielen in op een “not nu” politiek, waarbij ze alle mogelijke kansen gingen benutten om de wapens bij elkaar te halen. In mei 1994 begon deze oorlog, die uiteindelijk duurde tot juli 1994. Door het uitleggen van de verantwoordelijkheid van de Hutu’s voor de genocide, werden alle militairen vrijgelaten uit de gevangenismijnen. In mei 1994 begon deze oorlog die duurde tot juli 1994. De Hutu’s waren overmoed en vielen in op een “not nu” politiek, waarbij ze alle mogelijke kansen gingen benutten om de wapens bij elkaar te halen. In mei 1994 begon deze oorlog, die uiteindelijk duurde tot juli 1994. Door het uitleggen van de verantwoordelijke politieke leiders voor de genocide werden alle militairen vrijgelaten uit de gevangenismijnen.

Het internationaalrecht

De Rwandese burgeroorlog maakte een einde aan het concept “landesbezoeken” van regeringsleiders. Op 11 februari 1994 was Habyarimana in Kigali gestorven en op 21 juli 1994 was Tutsi-president Juvénal Habyarimana overleden bij een missie naar de Veiligheidsraad van de VN. Dit vormde het startpunt voor de interventies die door het Internationaalrecht waren geregistreerd. Op 7 april 1994 ontmoetten Franse president Jacques Chirac en Rwandese president Juvénal Habyarimana in Kigali, om een verzoeningspact te sluiten dat het voor de Hutu’s moeilijk maakte om de verantwoordelijke leiders van hun beweging te identificeren. De Franse regering had geen verantwoordelijkheid voor de genocide van Tutsi’s. Onder de ogen van de internationale gemeenschap ontstonden grote geweldsdaden, zoals massamoord en het vermoorden van onschuldige vluchtelingen. Het verzet tegen de Hutu-militie had het land in een chaos gezet waarin de meeste Rwandese burgers geen keus hadden om te vluchten of te blijven in hun huis. In juli 1994 was dit oorlog een einde, na enkele weken van gevechten tussen Tutsi’s en Hutu-militieën. In mei 1995 begon de VN-bemiddeling van internationale politici die probeerden om deze militaire conflict te stoppen.

De interventie

In juli 1994 had de Rwandese burgeroorlog een einde gemaakt na enkele weken gevechten tussen Tutsi’s en Hutu-militieën. De internationale gemeenschap had er echter niet voor gezorgd om deze militaire conflicten te stoppen, maar had op het eind van de oorlog de interventie aangevuld met een bemiddeling door internationale politici die probeerden om deze militaire conflict te stoppen. De interventie viel echter slecht uit. In de meeste van de gemeenten waarin de Hutu-militieën actief waren, bleef het conflict doorgaan en konden de Tutsi’s niet hun land herovern. In juli 1994 was dit oorlog een einde na enkele weken gevechten tussen Tutsi’s en Hutu-militieën. De internationale gemeenschap had er echter niet voor gezorgd om deze militaire conflicten te stoppen, maar had op het eind van de oorlog de interventie aangevuld met een bemiddeling door internationale politici die probeerden om deze militaire conflict te stoppen. De interventie viel echter slecht uit en bleef het conflict doorgaan in de meeste van de gemeenten waarin de Hutu-militieën actief waren. In juli 1994 was dit oorlog een einde na enkele weken gevechten tussen Tutsi’s en Hutu-militieën.

Conclusie

Degelijk aan het begin stond de Rwanda-bijdrage, met name van Frankrijk, waarbij Franse militairen een meerderheid hadden opgeleverd. Omdat dit land niet in haar eigen interne conflict betrokken was, mocht men denken dat deze bijdrage niet verantwoordelijk was voor het uitlopen van de genocide. Er was wel bewijs dat er Franse soldaten zich in Rwanda hadden verschanst en er op zware manier tegen waren ingezet. De Franse regering had ook een veiligheidspact met Rwanda gesloten waarin de verantwoordelijkheid voor de veiligheid van de Franse burgers in het land werd overgenomen door de Rwandese autoriteiten, en deze hadden zich dan ook verplicht tot het bescheren van de Franse burgers. Het uitleggen van de verantwoordelijke politieke leiders voor de genocide waren volgens de internationale gemeenschap niet verantwoordelijk voor de genocide aan Tutsi’s in Rwanda. In de meeste van de gemeenten waarin de Hutu-militieën actief waren, bleef het conflict doorgaan en konden de Tutsi’s niet hun land herovern. De interventie viel echter slecht uit.

Vergelijkbare berichten

  • Verkiezingen in 2013

    Verkiezingen in 2013 In 2013 vonden er wereldwijd diverse verkiezingen plaats. Deze verkiezingen waren van groot belang voor de politieke toekomst van veel landen en hadden een significante impact op de mondiale politiek. Europese Parlementsverkiezingen In 2013 vonden er in Europa geen landelijke parlementsverkiezingen plaats, maar werden wel Europese Parlementsverkiezingen gehouden. Deze verkiezingen werden in…

  • Deelgemeenten van Charleroi

    Deelgemeenten van Charleroi Charleroi is een stad gelegen in de provincie Henegouwen, België. De stad bestaat uit verschillende deelgemeenten die elk hun eigen karakter en geschiedenis hebben. In dit artikel zullen we een overzicht geven van de deelgemeenten van Charleroi. Geschiedenis Charleroi is ontstaan uit de fusie van verschillende dorpen en steden die zich in…

  • Lets persoon uit het voetbal

    Lets persoon uit het voetbal Voetbal is een van de meest populaire sporten ter wereld, met miljoenen fans overal. Echter, er zijn bepaalde personen die niet direct betrokken zijn bij het spel zelf, maar toch een cruciale rol spelen in de voetballerij. Een daarvan is de lets persoon, ook bekend als de “cornerman” of ”…

  • Riffijnen: een fascinerende cultuur

    Riffijnen: een fascinerende cultuur De Riffijnen zijn een Berberse stam die voornamelijk woont in de noordelijke delen van Marokko, met name in de Rif-gebergte. Zij zijn bekend om hun rijke cultuur, prachtige muziek en unieke tradities. In dit artikel zullen we dieper ingaan op de fascinerende wereld van de Riffijnen. Geschiedenis De Riffijnen hebben een…